Het overlevende kind

het grote overlevende kindHet grote overlevende kind is ontstaan om de paniek bij toenadering of nabijheid, dan wel bij verlating of afwijzing niet steeds te hoeven voelen. We zijn de originele pijnlijke ervaring, die we niet konden verwerken, gaan dramatiseren.

We zijn het gaan uitvergroten door ons ertegen te wapenen met een pantser in ons lichaamsweefsel. Met spanning in ons lichaam (spieren, pezen, bindweefsel, huid, adem) zetten we ons schrap. Dit grote overlevende kind bedient zich bijvoorbeeld van strategieën als:

  • zich aanpassen
  • zich groot houden
  • zich wegcijferen, isoleren, terugtrekken
  • alles willen begrijpen, rationaliseren
  • een dikke muur om zich heen bouwen
  • in shock gaan, bevriezen
  • verslavingen (eten, drinken, roken, adrenaline, sex, werk, etc.)
  • volhouden, doorbijten, strijden
  • aandacht aan anderen geven, niet aan zichzelf
  • eigen behoeften negeren

Deze pantsering is op zich noodzakelijk, want het vormt ons ego, waarmee we ons een plekje in de wereld kunnen verschaffen. Dat pantser, deze overlevingsstrategie is voor ieder weer (net) anders en zonder meer geniaal te noemen voor het kind dat we toen waren. In therapie benaderen we dit pantser dan ook met alle respect. Het hoeft niet weg, maar het mag misschien wat minder. Het heeft je gebracht waar je nu bent. Maar op latere leeftijd kan het je ook enorm in de weg gaan zitten en je werkelijke volwassenwording tegenhouden. Om het grote overlevende kind in ons te leren ontspannen, is het belangrijk de liefdevolle volwassene in jezelf wakker te gaan maken. Iemand die we als kind vaak zo gemist hebben en nodig hadden.